Naar topnavigatiemenu Naar hoofdnavigatiemenu Naar hoofdinhoud

'Je hebt een dilemma nodig'

13 september 2023

Casusgestuurd onderwijs is inmiddels een beproefde onderwijsmethode. ‘Tien jaar geleden was ik in Harvard. Daar werkten ze al jaren met Casusgestuurd onderwijs en deden ze er onderzoek naar,’ vertelt prof.dr. Gijsbert Oonk, historicus op de Erasmus School of History, Culture and Communication (ESHCC). In zijn vakken werken studenten nu ook met deze methode. ‘Je hebt een dilemma nodig.’

Casusgestuurd onderwijs (CGO) heeft verschillende toepassingen die afhangen van het doel waarvoor het wordt gebruikt. Volgens Oonk zijn er twee manieren om CGO toe te passen: met een casusbespreking of met een essay. Deze twee verschillen door het moment waarop de casus wordt besproken. De casus moet een dilemma inhouden. Een probleem met twee oplossingen die beide een reële keuze kunnen zijn.’ Bijvoorbeeld een casus van een patiënt waarvoor meerdere behandelmethodes beschikbaar zijn. Het dilemma moet debat of discussie teweegbrengen. Studenten worden daardoor intrinsiek gemotiveerd om actief te participeren.’

Literatuur, casusbespreking, hoorcollege

In de eerste vorm bespreken studenten de casus in een werkgroep. Ze bereiden zich voor door de casus door te nemen en literatuur te lezen. Tijdens de bespreking krijgen studenten een standpunt toegewezen. Ze zijn bijvoorbeeld voor of tegen. Of in het voorbeeld van de patiënt, kiezen ze voor één van de twee behandelmethodes. De tutor begeleidt de groep zodat alle beoogde onderwerpen aan bod komen en de leerdoelen behaald worden.

De week wordt afgesloten met een hoorcollege. In het hoorcollege kun je meteen de diepte. De basis hoef je niet meer uit te leggen. Dat betekent dat de studenten een verdiepend debat kunnen hebben.Een casusbespreking duurt meestal twee tot drie uur, maar kan ook korter zijn. Studenten werken in werkgroepen van 15 studenten. Dat betekent dus wel dat er voor het Oonk’s vak met 100 tot 120 studenten voor de casusbespreking acht tutoren nodig zijn.

Hoorcollege met een casus, literatuur, essay

De tweede vorm is om de casus tijdens een college te bespreken. Dat moet eveneens een dilemma zijn. Het verschil is dat geen voorkennis nodig is. Met een samenvatting en de literatuur schrijven studenten vervolgens een essay. ‘Dit is makkelijker voor de docent. Het kost minder tijd. Er is geen aparte casusbespreking. Er zijn geen extra tutoren nodig. Maar het onderwijs gaat dus ook minder de diepte in.

Een week casusgestuurd onderwijs

In 2024 start de nieuwe bacheloropleiding Geneeskunde, daarin wordt Casusgestuurd Onderwijs een van de nieuwe onderwijsvormen. Voor studenten ziet hun week eruit als volgt:

  • Studenten krijgen kleinschalig onderwijs waarvoor ze zich 1 tot 3 uur voorbereiden. Dit zijn zogenoemde CGO-bijeenkomsten, die twee keer per week plaatsvinden. De voorbereidingsdocumenten bestaan uit e-modules, kennis-videos, en literatuur. In de CGO-bijeenkomst gaan studenten, onder begeleiding van een tutor, actief aan de slag met de leeropbrengsten op de hogere niveaus van Bloom, zoals analyseren, evalueren of creëren.

  • Daarnaast krijgen studenten grootschalig onderwijs, zoals hoorcolleges, patiëntdemonstraties of integratiecolleges. Het onderwerp van dit onderwijs kan aansluiten bij het overkoepelende thema van de week of specifiek bij de casus. Het wordt gegeven door één of meerdere specialisten, eventueel in combinatie met onderzoekers in de basale vakken.

  • Tijdens het flankerend onderwijs maken studenten kennis met de klinische praktijk, bijvoorbeeld klinische vaardigheden of academische vorming.

Gijs Elshout vertelt meer over CGO in het nieuwe bachelorcurriculum in het volgende artikel: Warm lopen voor Casusgestuurd onderwijs

Tutor

Tutoren ontvangen een uitgebreide handleiding waarin de casus in detail wordt uitgelegd en waarin alle mogelijke oplossingen en interventies voor docenten worden besproken. Tutoren hoeven volgens Oonk geen inhoudelijke experts te zijn. Hierdoor kunnen promovendi of excellente masterstudenten ook tutoren zijn. Wel moeten ze ervaring hebben met het geven van onderwijs. Tijdens de hoorcolleges houden de inhoudelijke experts dan meer tijd over om echt de diepte in te gaan.

De toekomst van CGO

Oonk: ‘Onze opleiding bestaat uit een diverse groep studenten en een diverse groep docenten. Niet iedereen werkt hetzelfde. Daarom werken we niet alleen met CGO, maar ook met andere onderwijsmethoden.’ Bij de opleiding Geschiedenis zijn docenten vrij om hun vak zelf vorm te geven. ‘Er moet een goede balans zijn.’

De Harvard Case methode

Gijsbert Oonk heeft via het Community of Learning and Innovation de impact van de Harvard Case methode onderzocht in het tweede jaar van de opleiding Geschiedenis aan de Erasmus Universiteit. Hij onderzocht de mate van motivatie van studenten om te leren over de casus en de concepten die daarbij horen en hoe succesvol de methode is voor het behalen van leerdoelen. De resultaten van zijn onderzoek waren positief. Zo waren studenten eerder geneigd om zich actief bezig te houden met de casussen en concepten voorafgaand aan de les, omdat de verwachting van debat en discussie hun interesse verhoogde. 

Leer hier meer over in het volgende artikel op de website van CLI: 

Utopia for Beginners: Teaching Global Challenges through Local Cases