Injecties met Bulkamid

U houdt uw plas op met 3 soorten spieren rondom uw blaas:

• De inwendige sluitspier. Deze spier sluit de uitgang van de blaas af. Deze kunt u niet zelf aanspannen en ontspannen. Dit doet het lichaam vanzelf.
• De uitwendige sluitspier. U heeft hier zelf controle over. U kunt deze sluitspier zelf aanspannen en ontspannen.
• De bekkenbodemspieren. Deze spieren ondersteunen de blaas.

Daarnaast helpt de wand van de vagina bij het ophouden van plas. De vagina ligt achter de blaas en plasbuis. Deze geeft steun aan de blaas en plasbuis.

Afbeelding 1. De blaas en spieren.

Afbeelding(en) gemaakt met BioRender.com

Bij stressincontinentie zijn de wand van de vagina, een sluitspier of de bekkenbodemspieren slapper geworden. Daardoor kunt u urine verliezen op momenten dat u dit niet wilt. Dit geldt vooral als u zich inspant. Of als er veel druk op uw blaas komt te staan. Bijvoorbeeld als u hoest, niest, perst, lacht, iets optilt, sport of rent.

Stressincontinentie kan bijvoorbeeld komen door:

• een bevalling via de vagina
• veranderingen in uw hormonen
• overgewicht
• veroudering

Stressincontinentie komt vaker voor bij vrouwen.

Wat is Bulkamid?

We kunnen stressincontinentie behandelen met Bulkamid. Bulkamid is een speciale gel. Deze gel injecteren we in de wand van uw plasbuis, net onder de blaas. De gel zorgt ervoor dat uw plasbuis smaller wordt. Daardoor verliest u na de behandeling minder makkelijk urine. De gel werkt ongeveer 1 tot 1,5 jaar. Daarna kunnen we de behandeling herhalen.

Afbeelding 2: Bulkamid in de plasbuis.

Afbeelding(en) gemaakt met BioRender.com

Wat gaan we doen?

De gel injecteren is een relatief kleine ingreep. We doen dit op de dagbehandeling. U blijft niet in het ziekenhuis slapen. Tijdens de ingreep krijgt u een roesje (sedatie). Daardoor wordt u slaperig en voelt u minder pijn. Meer informatie hierover vindt u in ‘Sedatie’.

Wat is het doel?

Het doel van de behandeling is het verminderen van uw urineverlies. Het doel is om uw urineverlies met 80% te verminderen. De meeste vrouwen merken veel verbetering na de ingreep.

• Voor de ingreep heeft u contact met de anesthesist. De anesthesist zorgt voor de sedatie tijdens de ingreep. Voor de ingreep wil deze arts uw algemene gezondheid met u bespreken. Dit kan vaak via de telefoon. Sommige patiënten moeten wel naar het ziekenhuis komen.
• Gebruikt u bloedverdunners? Dan bespreekt de anesthesist met u wanneer u deze moet stoppen.
• U mag na de ingreep niet alleen naar huis reizen, omdat u sedatie heeft gehad. Zorg dat u met iemand mee naar huis kan rijden.

U meldt zich op de dag van de behandeling op het Dagbehandelcentrum. Daar bereiden we u voor op de ingreep:

• U krijgt een operatiejasje aan.
• We meten uw bloeddruk.
• U krijgt een infuusnaald in uw arm voor het toedienen van pijnstilling en het slaapmiddel.

Daarna brengen we u naar de operatiekamer. Daar ontmoet u de uroloog, de anesthesist en operatieassistenten. Het kan zijn dat ook artsen in opleiding tot specialist aanwezig zijn. Dan volgen deze stappen:

1. We controleren uw persoonlijke gegevens.
2. We brengen u onder sedatie.
3. De uroloog gaat met een cystoscoop via uw plasbuis naar binnen. Een cystoscoop is een dunne buis met een camera. Op die buis zit een injectienaald. Daarmee spuiten we de gel in uw plasbuis.

In totaal duurt de ingreep ongeveer 20 tot 30 minuten. Daarna brengen we u naar de uitslaapkamer.

Voordat u naar huis gaat, controleren we of u uw blaas goed leeg kan plassen. Dit controleren we met een echo.

Als u uw blaas niet genoeg leeg plast, blijft er plas in uw blaas achter. Dit noemen we een residu. Wij zullen u dan nog eens vragen te plassen. Heeft u dan nog steeds een residu? Dan maken we een afspraak voor u op de polikliniek. Daar leren we u de blaas te legen met een katheter. Hier leest u meer over onder ‘Bijwerkingen en complicaties’.

Plassen

De eerste paar dagen kan er wat bloed in uw urine zitten. Het plassen kan ook een branderig gevoel geven of pijn doen. Dit is normaal. Dit komt door kleine wondjes aan de binnenkant van uw plasbuis. Vaak gaat dit vanzelf over na 2 tot 3 dagen.

Leefregels

Het is belangrijk dat u zich na de ingreep aan deze regels houdt:

• Drink genoeg op de dag van de ingreep en op de dag na de ingreep: 1,5 tot 2 liter per 24 uur.
• Ga regelmatig plassen: elke 3 of 4 uur. Dit geldt zolang de Bulkamid werkt.
• Doe de eerste 2 weken na de ingreep geen zwaar werk. Het gaat dan om werk waarbij u zich lichamelijk moet inspannen. Bijvoorbeeld meer dan 5 kg tillen.
• Sport en fiets niet de eerste 4 weken na de ingreep.
• Geen geslachtsgemeenschap in de eerste 4 weken na de ingreep.

Ongeveer 6 weken na de behandeling heeft u contact met de arts. Dit kan via de telefoon of in het ziekenhuis. De arts bespreekt dan met u hoe het gaat.

Bij elke behandeling is er een kans op bijwerkingen of complicaties. Bij deze behandeling kunt u last krijgen van:

• Blaasontsteking. U heeft een kleine kans op blaasontsteking na de ingreep. Dit merkt u aan pijn bij het plassen, koorts of bloed plassen.
• Moeite om te plassen en om uw blaas leeg te plassen. Er blijft dan plas achter in uw blaas. Dit heet een residu. De kans hierop is 1 tot 2%. Meestal gaat dit na 1 week weer over. Met een residu heeft u een grotere kans op infecties. Daarom moet u uw blaas dan tijdelijk legen met een katheter. Dat is een plastic slangetje. Hier krijgt u informatie en uitleg over op de polikliniek.

Neem contact met ons op als:

• U na een paar dagen nog steeds veel pijn heeft tijdens het plassen.
• U na een paar dagen nog bloed in uw urine heeft.
• U koorts krijgt.
• U niet meer kunt plassen.

Op maandag t/m vrijdag tussen 08.00 en 16.30 uur kunt u bellen naar de polikliniek Urologie.

• (010) 704 02 51
• U krijgt de doktersassistente aan de telefoon. Houd uw patiëntennummer of geboortedatum bij de hand.

's Avonds en in het weekend belt u naar de Spoedeisende hulp.

• (010) 704 0 704