Naar topnavigatiemenu Naar hoofdnavigatiemenu Naar hoofdinhoud
Patiëntenfolder

Cofactor-afhankelijke tarwe-allergie

U heeft een cofactor-afhankelijke tarwe-allergie. Hierbij bent u allergisch voor een eiwit in tarwe, maar krijgt u alleen een allergische reactie als u tarwe eet in combinatie met een cofactor. Dit is bijvoorbeeld wandelen, fietsen, stress of het drinken van alcohol. Hier leest u meer over de allergie, de cofactoren en hoe u met de allergie kunt omgaan.

Download PDF

Over de cofactor-afhankelijke tarwe-allergie

Wat is het?

Bij deze allergie bent u allergisch voor een eiwit dat in tarwe zit. Dit eiwit heet omega-5 gliadine. Maar u heeft niet altijd last van de allergie als u tarwe eet. U krijgt alleen een allergische reactie als u tarwe eet in combinatie met bijvoorbeeld wandelen, fietsen, stress en het drinken van alcohol. Deze dingen noemen we ‘cofactoren’. Daarom noemen we dit cofactor-afhankelijke tarwe-allergie. We vertellen u hieronder meer over de cofactoren.

Deze allergie heeft ook andere namen:
  • Inspannings-afhankelijke allergie: omdat inspanning één van de cofactoren is.
  • WDEIA: van het Engels ‘Wheat Dependant Exercise Induced Anaphylaxis’
  • WDCIA: van het Engels ‘Wheat Dependant Cofacor Induced Anaphylaxis’.

Hoe krijgt u een allergische reactie?

Van het eten van een beetje tarwe alleen krijgt u géén allergische reactie. Hiervoor moet u namelijk over een bepaalde ‘drempel’ heen. Hier kunt u overheen gaan door:
  • Heel veel tarwe te eten.
  • Een beetje tarwe te eten in combinatie met één of meerder cofactoren.
Het is per persoon verschillend welke cofactoren zorgen voor een allergische reactie.

Cofactoren

Voorbeelden van cofactoren die kunnen zorgen voor een allergische reactie zijn:
  • Lichamelijke inspanning, zoals wandelen, fietsen, zwemmen of sporten.
  • Drinken van alcohol.
  • Gebruiken van pijnstillers of ontstekingsremmers. Dit moeten dan de NSAID- pijnstillers zijn. Dit zijn bijvoorbeeld:
    • Aspirine
    • Ibuprofen
    • Naproxen
    • Diclofenac
  • Als u ziek bent, een infectie heeft of als u zich niet goed voelt.
  • Het weer, zoals: bij warmte, kou of pollen in de lucht.
  • Veranderingen in de hormonen. Bijvoorbeeld als u ongesteld moet worden als vrouw.
  • Als u moe bent.
  • Als u te veel stress of spanning heeft.

Over de onderzoeken

Bloedonderzoek en gesprek

Als we denken dat u deze allergie kunt hebben, komt u op gesprek bij de allergoloog. Hiervoor moet u bloed laten prikken. We kijken hoeveel eiwit omega-5 gliadine u in uw bloed heeft zitten. Als dit te hoog is (bij meer dan 0.35 kU/L), dan kunt u de allergie hebben.

Daarnaast vragen we tijdens het gesprek aan u welke allergische reacties u heeft gehad. Als deze reacties passen bij de allergie en als u een te hoog eiwitgehalte in uw bloed heeft, dan kunnen we zeggen dat u de allergie heeft.

Daarna sturen we u door naar de diëtist. De diëtist kan u voedingsadviezen geven bij de allergie.

Voedseltest

Het kan zijn dat we na het bloedonderzoek en het gesprek nog twijfelen of u de allergie heeft. We doen dat een voedseltest. Dit noemen we ook wel een voedselprovocatietest. Daarbij moet u tarwe eten en daarna wandelen op een loopband of fietsen op een hometrainer. Daarna kijken we op een veilige manier in het ziekenhuis of u hier een allergische reactie op krijgt.

Als dit onderzoek nodig is, krijgt u nog meer informatie hierover.

Over de behandeling

Geen tarwe eten met een cofactor

Met deze allergie hoeft u niet te stoppen met tarwe eten. U mag alleen geen tarwe eten 1.5-2 uur voor en 30 minuten na inspanning (wandelen, fietsen, zwemmen of sporten) óf voor andere cofactoren (bijvoorbeeld alcohol drinken of pijnstillers slikken). Soms is het beter om 4 uur voor deze activiteiten geen tarwe te eten. Uw allergoloog of uw diëtist geeft u hier advies over.

Hoe doet u dit?

Er zijn verschillende manieren om dit te doen:
  1. Eet voordat u gaat sporten of een andere cofactor gaat gebruiken een maaltijd zonder tarwe.
  2. Eet een maaltijd met tarwe, maar zorg dat u daarna 1,5 – 2 uur wacht met sporten of met andere cofactoren.
  3. Als u op een dag veel sport of een andere cofactor gebruikt, is het beter om die dag helemaal geen tarwe te eten.

Waar zit tarwe in?

Tarwe is een graansoort. Het zit in:
  • Meel en bloem
  • Brood en crackers
  • Pannenkoeken
  • Pasta en vermicelli
  • Couscous
  • Gebak en koek
  • Bulgur
  • Spelt (is een soort tarwe)
  • Durum (is een soort tarwe)
  • Zelfrijzend bakmeel
Daarnaast zit tarwe verborgen in heel veel producten, zoals bindmiddel in worst, bindmiddel in sauzen, in soep en gepaneerde producten zoals kroketten. Kijk daarom altijd goed op het etiket van het voedsel. Hieronder ziet u hoe u dit doet.

Etiketten

U kunt altijd op het etiket van voeding vinden of er tarwe in zit. Tarwe staat altijd duidelijk op het etiket. U kunt het vinden onder ‘ingrediënten’ en meestal staat het dikgedrukt of in hoofdletters. Als tarwe er niet tussen staat, kunt u het product eten.

U hoeft niet te letten op waarschuwingen zoals ‘kan sporen van tarwe bevatten’ of ‘dit product is in een fabriek gemaakt waar ook ‘tarwe/gluten’ wordt verwerkt'. Dit omdat er dan zo weinig tarwe in zit, dat u geen allergische reactie krijgt.

Let op: kijk niet alleen op etiketten van producten waar u tarwe verwacht. Tarwe zit vaak verborgen in producten.

Blijf tarwe eten

Het is belangrijk om wel tarwe te blijven eten. Als u te weinig tarwe eet, wordt u steeds gevoeliger voor tarwe. Dit betekent dat u steeds sneller een allergische reactie krijgt.

Eet de tarwe op momenten dat u niet gaat sporten of andere cofactoren gaat gebruiken. Het beste moment om tarwe te eten verschilt per persoon. Maar wij raden u aan om tarwe te eten als ontbijt of als avondeten als u daarna een avondje voor de TV gaat zitten.

U moet elke dag een beetje tarwe eten. Eet bijvoorbeeld 1 snee brood bij het ontbijt of 1 portie macaroni, spaghetti of andere pasta bij het avondeten. U kunt ook kiezen voor hartige taart van bladerdeeg. Of iets wat waar ongeveer dezelfde hoeveelheid tarwe in zit.

Rogge en gerst

Rogge en gerst zijn graansoorten die u wel mag eten. Hier zit namelijk geen omega-5 gliadine in. U hoeft dus niet glutenvrij te eten. Let op: soms zit er in producten die van rogge gemaakt zijn, ook tarwe (zoals roggebrood).

Voorbeelden van maatlijden zonder tarwe

  • Yoghurt of kwark met havermout en fruit.
  • WASA-knäckebröd volkoren rogge met kaas.
  • Maïs tortilla wrap met beleg.
  • Maaltijdsalade zonder pasta of croutons.
  • Aardappels of rijst met groente en een stukje vlees of vis (let op verborgen tarwe in sauzen, paneermeel of jus).

Meer informatie

Contact

Hier komt de vaste tekst met de contactgegevens van diëtetiek.

Andere websites